Geef Je Hart Niet Zomaar Weg
Toen onze meid een klein meisje was
En best wel aardig om te zien
Toen viel ze voor die ene wildebras
Die met centen bovendien
En hij gaf z'n geld als water uit
Aan die onzin en aan vrouwen
Maar onze kleine meid, oh ze werd verliefd
En ze wilde met hem trouwen
Toe geef je hart niet zomaar weg
Wees niet te goed van vertrouwen
Kijk die kerel aan en zeg, "Is dat er één om op te bouwen?"
Maar ze schreeuwde haar vader recht in z'n gezicht
"Hé pa, je loopt te zeiken"
Als jij zo ontzettend veel van ons mama houdt
Dan laat je dat verdomd slecht blijken
Ze kijkt al jaren lang zo sip
Haar hele smoelwerk staat op janken
En dan vertel je mij zo doodleuk als je kan
Voor ware liefde te bedanken
Toe geef je hart niet zomaar weg
Wees niet te goed van vertrouwen
Kijk die kerel aan en zeg, "Is dat er één om op te bouwen?"
En nu woont ze ver weg en zonder hem
Op een eiland in de hitte
En ze heeft daar haar eigen duikersschool
En geen stuiver om op te zitten
Maar ze leeft het leven van haar droom
Haar lieve vader is niet meer
Maar ze ziet zijn kalme, wijze ogen telkens, telkens weer
Toe geef je hart niet zomaar weg
Wees niet te goed van vertrouwen
En kijk het leven aan en zeg, zeg eens waar jij wilt gaan bouwen
En als er ooit eens iemand zegt
Dat je stoppen moet met je dromen
Dat je wereld vol en smerig is
En dat je nooit heel ver gaat komen
Dat je moet waken, waken want de toekomst
Is alleen voor zij die spaart
Nou we sparen door voor morgen
En we vergeten, leven is vandaag
Dus geef je hart niet zomaar weg
Wees niet te slecht van vertrouwen
De waarheid is niet wat je leest
Maar dat waar jij op bent gaan bouwen
Dus geef je hart niet zomaar weg
Wees niet te slecht van vertrouwen
De waarheid is niet wat je leest
Maar dat waar jij van bent gaan houden