Peter en de Wolf - Verhaal
Het was een mooie zomerse dag. Peter woonde bij zijn Grootvader in een klein huisje, dat omgeven werd door een klein tuintje en een stenen muur. Aan de andere kant van de muur lag een groene weide, met een diepe vijver. De weide grensde aan een groot, diep en donker bos. Het was dus een heerlijke zomerdag, nog heel in de vroеgte. Peter deed zachtjеs de tuindeur open en betrad de weide
Op de tak van een grote boom zat een klein vogeltje. Dat was Peter’s vriendje, en terwijl het van tak naar tak fladderde, tjilpte het vrolijk: “Alles is rustig.”
Het was inderdaad heerlijk rustig. Er was zelfs geen rimpeltje op het water van de vijver
Toen kwam de eend aanwaggelen, die blij was dat Peter de tuindeur open had gelaten en ze besloot een frisse duik te nemen in de vijver
Zodra het vogeltje haar zag, vloog het omlaag. Het ging vlakbij in het gras zitten, haalde de schoudertjes op en tjilpte: “Wat voor vogel ben jij eigenlijk, dat je niet kunt vliegen!” “Kwaak,” antwoordde de eend. “Wat voor vogel ben jij, dat je niet kunt zwemmen!” En meteen sprong ze in het water
Zo ging het gekibbel maar door; de eend, die in de vijver rondzwom, en het vogeltje, dat aan de kant heen en weer hipte
Plotseling trok iets anders Peter’s aandacht. Stiekempjes kwam er door het hoge gras een kat aangeslopen
De kat dacht: “Die vogel is druk bezig met die eend. Ik kruip gewoon wat dichterbij en dan pak ik het.” Zo sloop hij, op fluwelen pootjes, op diens doel af
“Pas op,” riep Peter. Als een speer vloog het vogeltje de boom in
Vanuit het midden van de vijver, kwaakte de eend woedend naar de kat
“Is het wel de moeite waard om naar boven te klimmen,” dacht de kat, terwijl die om de boom heen sloop. “Als ik boven ben, is die vogel er allang vandoor.”
Grootvader kwam naar buiten. Hij was erg boos, omdat Peter de weide was opgegaan. “Het is daar veel te gevaarlijk,” mopperde Grootvader. “Als er een wolf uit het bos zou komen, wat zou er dan met je gebeuren, hm?”
Peter schonk geen aandacht aan de woorden van Grootvader. Jongens zoals Peter zijn namelijk niet bang voor wolven
Maar Grootvader had er genoeg van. Hij pakte Peter bij de hand, nam hem mee naar binnen en deed het hek achter zich dicht
Plotseling werd het op de weide erg stil. Er klonk een zacht geruis in het riet, en helemaal aan het eind van de weide, aan de rand van het grote, diepe en donkere bos, verscheen er een grote, grijze, enge, dikke, boze wolf
De kat was de eerste die de wolf zag. Zijn haren gingen helemaal overeind staan en meteen vluchtte hij de boom in
De eend kwaakte van de schrik, sprong de vijver uit, en waggelde weg, zo vlug als ze kon
Maar, ook al rende ze nog zo hard, er was geen ontkomen aan. De wolf rende veel harder. Hij kwam steeds dichterbij… hij haalde haar in… en hap… daar had hij haar te pakken… en met één hap verslond hij de eend
En nu was de toestand zo; de kat zat op de ene tak van de boom, terwijl het vogeltje op een andere tak zat, maar niet al te dicht bij de kat
De wolf maakte intussen rondjes om de boom, terwijl hij de kat en het vogeltje, met hongerige ogen aankeek
Peter had alles gezien vanachter de muur, maar hij was helemaal niet bang
Hij rende naar de schuur, pakte een stevig touw, en klom bovenop de muur. Over die muur hing een tak van de boom, waar de wolf omheen liep
Met één hand wist Peter de tak vast te pakken en in één keer wist hij zichzelf de boom in te hijsen
“Luister goed,” fluisterde hij tegen het vogeltje. “Vlieg naar beneden en fladder om de kop van de wolf, maar kijk goed uit.”
Met de punten van zijn vleugeltjes raakte het vogeltje bijna de kop van de wolf, die woedend in de lucht hapte, van links naar rechts
Wat kon dat vogeltje de wolf toch lekker treiteren, en wat zou de wolf het vogeltje graag vangen. Maar dat lukte hem nooit, want het wist hem telkens te slim af te zijn, dus hapte hij steeds weer naar lucht
Inmiddels was het Peter gelukt om van het touw een lasso te maken. Langzaam en voorzichtig liet hij die naar beneden zakken
De lasso kwam in één keer om de staart van de wolf, en meteen begon Peter, uit alle macht, eraan te trekken
Toen de wolf voelde dat hij gevangen zat, begon hij wild te springen en te rukken om los te komen
Maar Peter knoopte het andere eind van het touw vast aan de boomstam…
…en daardoor kwam de wolf steeds vaster te zitten
Juist op dat moment…
…kwamen de jagers uit het bos tevoorschijn
Ze zochten al jaren naar de wolf en hadden zijn sporen gevolgd
Ze wilden al schieten, maar Peter, die nog steeds in de boom zat, begon te roepen: “Schiet hem alsjeblieft niet neer! Het vogeltje en ik hebben hem al gevangen weten te nemen! Help ons maar liever om hem naar de dierentuin te brengen!”
En daar gingen ze; moet je die prachtige optocht eens zien. Peter liep, met een trots gezicht, voorop
Achter hem kwamen de jagers met de wolf aan het touw
En helemaal aan het eind van de optocht liep Grootvader met de kat in zijn armen. Grootvader mopperde aan één stuk door: “Stel je nou eens voor dat Peter de wolf niet had kunnen vangen, wat zou er dan gebeuren, hm?”
Het vogeltje vloog boven hun hoofden uit, terwijl het vrolijk tjilpte: “Moet je kijken, wat Peter en ik gevangen hebben!”
Als je heel goed luistert, kan de eend in de buik van de wolf horen kwaken, want in zijn haast en gulzigheid, had de wolf haar levend ingeslikt
[Introduction]
This is the story of Peter and the wolf
Each character in the tale is going to be represented by a different instrument of the orchestra
For instance, the bird will be played by the flute. (Like this.)
Here's the duck, played by the oboe
The cat by the clarinet
The bassoon will represent Grandfather
The wolf by the French horns
And Peter by the strings
The blast of the hunters' shotguns played by the kettle drums
Are you sitting comfortably? Then I shall begin
[Story]
Early one morning, Peter opened the gate and went out into the big green meadow
On a branch of a big tree sat a little bird, Peter's friend. "All
Is quiet, all is quiet" chirped the bird gaily
Yes, all is quiet
Just then, a duck came waddling round. She was glad that Peter hadn't closed the gate and decided to take a nice swim in the deep pond in the meadow
Seeing the duck, the little bird flew down upon on the grass, settled next to her, and shrugged his shoulders. "What kind of bird are you if you can't fly?" said he. To this, the duck replied: "What kind of bird are you if you can't swim?" and dived into the pond
They argued and argued, the duck swimming in the pond and the little bird hopping along the shore
Suddenly, something caught Peter's attention. It was a cat, crawling through the grass
The cat thought: "The bird is busy arguing, I'll just grab him."
Stealthily, she crept towards him on her velvet paws
"Look out!" shouted Peter and the bird immediately flew up into the tree, while the duck quacked at the cat, from the middle of the pond
The cat walked around the tree and thought, "Is it worth climbing up so high? By the time I get there, the bird will have flown away."
Just then, Grandfather came out. He was angry because Peter had gone in the meadow. "It is the dangerous place. If a wolf should come out of the forest, then what would you do?"
But Peter paid no attention to his grandfather's words. Boys like Peter aren't afraid of wolves
But Grandfather took Peter by the hand, locked the gate, and led him home
No sooner had Peter gone than a big gray wolf came out of the forest
In a twinkling, the cat climbed up into the tree
The duck quacked and in her excitement jumped out of the pond
But no matter how hard the duck tried to run, she couldn't escape the wolf. He was getting nearer, nearer, catching up with her. Then he got her and with one gulp swallowed her
And now, this is how things stood: the cat was sitting on one branch, the bird on another, not too close to the cat, and the wolf walked round and round the tree, looking at them with hungry eyes
In the meantime, Peter, without the slightest fear, stood behind the gate watching all that was going on
He ran home, got a strong rope, and climbed up the high stone wall
One of the branches of the tree, around which the wolf was walking, stretched out over the wall
Grabbing hold of the branch, Peter lightly climbed over on to the tree
Peter said to the bird: "Fly down and circle over the wolf's head. Only take care that he doesn't catch you."
The bird almost touched the wolf's head with his wings, while the wolf snapped angrily at him, this side and that
How that bird teased the wolf! And how the wolf wanted to catch him! But the bird was clever, and the wolf simply couldn't do anything about it
Meanwhile, Peter made a lasso and carefully letting it down and down and down, caught the wolf by the tail, and pulled with all his might
Feeling himself caught, the wolf began to jump wildly, trying to get loose
But Peter tied the other end of the rope to the tree, and the wolf's jumping only made the rope round his tail tighter
Just then, the hunters came out of the woods, following the wolf's trail and shooting as they went
But Peter, sitting in the tree, said: "Don't shoot! Birdie and I have already caught the wolf. Now, help us take him to the zoo."
Now just imagine, just imagine the triumphant procession. Peter at the head. After him, the hunters leading the wolf. And winding up the whole procession, Grandfather and the cat
Grandfather shook his head discontentedly. "Well, if Peter hadn't caught the wolf? What then?"
Above them flew Birdie chirping merrily. "My, what brave fellows we are, Peter and I! Look what we have caught!"
And if one would listen very carefully, he would hear the duck quacking inside the wolf, because the wolf, in his hurry, had swallowed her alive
Dit is het verhaal van Peter en de Wolf. Het is een muzikaal sprookje. Alle figuren die erin voorkomen hebben een eigen melodie en een eigen instrument
Het vogeltje klinkt als een vrolijk fladderend fluitje
De eend wordt gespeeld door de hobo
De kat, dat is een klarinet
Grootvader, met zijn zware stem, is vanzelfsprekend de fagot
Dе gevaarlijke wolf wordt gespeeld door driе Franse hoorns
Peter, de held, wordt gespeeld door het strijkorkest
Als laatste krijgen we de geweerschoten van de jagers. Die worden gespeeld door de pauken en de grote trom